VA (= Voorlopige Aanslag) 2024: het is er blijkbaar weer tijd voor, vindt de Belastingdienst tenminste: als regendruppels vallen ze nu uit de lucht. Degenen met een goed geheugen weten vast nog dat er twee soorten VA ’s zijn: voor hen die belasting moeten betalen (meestal ondernemers, voor werknemers en uitkeringsgerechtigden schiet de werkgever het voor) en voor hen die belasting terug krijgen (meestal mensen met een eigen huis + hypotheek).
Degenen die geld terugkrijgen krijgen dat in maandelijkse porties vanaf januari 2024 uitbetaald.
Voor degenen die moeten betalen is het allemaal wat ingewikkelder. Die mogen de VA ineens betalen, of in maandelijkse porties betalen, of door de Belastingdienst in maandelijkse porties automatisch laten incasseren. Allemaal niets bijzonders, dat gaat al jaren zo.
Bijzonder dit jaar is wel dat degenen die ineens betalen vroeger een korting kregen (een soort rente), maar die korting is vanaf 2024 afgeschaft. Is er dan nog een reden om ineens te betalen? Niet echt, hoewel je er dan wel voor een heel jaar vanaf bent natuurlijk en niet iedere maand weer….. Naar smaak denk ik dan maar.
Verandert je fiscale situatie in 2024 en klopt die VA daardoor niet meer? Dan kun je de VA (laten) aanpassen.
Heel bijzonder is dat de Belastingdienst die VA ’s nu al aanmaakt en opstuurt, maar je DINGEND VERZOEKT die nog NIET TE BETALEN NU! Het ontvangen en verwerken van die betalingen kunnen de computers van de Belastingdienst pas aan nadat de datum op de aanslag is verstreken! Betaal je nu, dan weten die computers niet wat ze met dat geld aan moeten en storten het weer terug. Of nog erger: dan gaat de computer van de Belastingdienst het verrekenen met andere openstaande belastingschulden!
Dat laatste roept bij mij dan altijd weer de vraag op: waarom verstuur je ze dan nu al???
Toch bezig met die VA ‘s: denk je eraan goed te (laten) kijken naar de VA ’s 2024 als je moet betalen? Als je te weinig betaalt en dus straks bij de aangifte moet bijbetalen: daarover rekent de Belastingdienst wel rente! En wel 7,5%. Zo!
Voor B.V. ’s wordt het 10% in 2024.
Huis kopen in de 21e eeuw: de Familiebank
Ouders die hun kinderen helpen: het is van alle tijden. Ouders die hun kinderen helpen bij het kopen van een eigen huis: het is van alle tijden. Ouders die dat doen via een ‘familiebank’: dat is 21e eeuws. Waarom dat laatste? Omdat de overheid dat feitelijk stimuleert via een combinatie van fiscale regels. Dat stimuleren zal de bedoeling (misschien?) niet zijn geweest, het werkt vaak wel zo uit.
Ik las dat in 2020 zo ’n 645.000 huishoudens gebruik maken van een privé- of familiehypotheek, de totale waarde van al die leningen was ongeveer 70 miljard, zo ’n 10% van de totale hypothecaire schuld. Het gaat dus allang niet meer om peanuts. Huishoudens met een vorm van familielening hebben gemiddeld ook hogere hypotheekschulden (+ € 100.000 en dus vaak ook hogere hypotheekrente-aftrek) en een duurder huis (gemiddeld € 376.000 versus € 326.000 voor degenen zonder familiaire leningen). Met dus – volgens de Nederlandse Bank – ook als gevolg: prijsopdrijving. Tja, wat moet je anders dan?
Woekerpolissen: komt boontje om zijn loontje?
Eind jaren ’80 (vorige eeuw dus) kwam er een fenomeen op: beleggings- en spaarpolissen. In allerlei vormen kwamen ze ineens op en werden ze ook ineens erg populair; ze beloofden namelijk vaak de financiële (en fiscale) hemel op aarde, kosten nauwelijks geld en brachten veel geld op. Met dank ook aan de overheid die die polissen fiscaal nogal vriendelijk behandelde. Inmiddels heten ze ‘woekerpolissen’ omdat het allemaal nogal tegenviel qua financieel resultaat, vooral omdat de kosten die banken en verzekeraars ervoor rekenden enorm waren (gemiddeld zo ’n 40%).
Er moeten er zo ’n 7 miljoen van afgesloten zijn, dus zo ongeveer 1 per huishouden. Geschatte gemiddelde schade per polis: € 10.000. In het Algemeen Dagblad (paywall helaas) wordt het hele verhaal redelijk duidelijk uitgelegd. Inmiddels zijn de rechtszaken van gedupeerden om hun geld terug te krijgen redelijk ver gevorderd. Heb je zo ’n polis? Zoek hem eens op, stof hem af en kijk eens of er voor jou ook nog iets van het verlies terug te halen is. Dat kijken kun je natuurlijk zelf doen, eventueel met hulp van de Consumentenbond. Of via een no cure no pay constructie via Consumentenclaim. Een mooi klusje voor de kerstdagen. Toch?
Daar zijn ze weer: de eindejaarstips
Het jaar is weer bijna voorbij en dus het is weer de hoogste tijd voor de jaarlijkse traditie: de fiscale eindejaarstips, hoe sluit je fiscaal het jaar 2023 het goedkoopste af en hou je de grijpgrage vingers van de overheid uit je portemonnee?
Om te beginnen: je kunt heel veel doen, maar of dat altijd nuttig, nodig en handig is een heel ander verhaal. Het gaat niet alleen over de belastingaanslagen 2023, maar ook over de (hoogte van de) Toeslagen, de Studiefinanciering (zowel je eigen aflossing als de bijdrage voor je kinderen) en nog veel meer. In deze tijd is bijna alles inkomensafhankelijk gemaakt (ook de heffingskortingen). Dus grijp je kans….., als er tenminste een kans is!
Hoe kun (moet) je denken (en rekenen)?
* Je winst 2023 gaat matig worden (je weet meestal wel waar in jouw geval het fiscale break-evenpunt ligt want dat hebben we vaak genoeg besproken. Maar als je twijfelt: mail). In dit geval schiet je met fiscale aftrekposten weinig tot niets op en kun je je geld beter opsparen voor fiscaal nuttige uitgaven in 2024 (of andere nuttige e/o leuke zaken). Maar zelfs dat hoeft in jouw geval dus weer niet waar te zijn.
* Je winst 2023 gaat goed tot heel goed worden. Ja, dan hebben fiscaal handige uitgaven vaak zin. Niet alleen fiscaal, maar dus mogelijk ook op andere fronten.
Mijn grote vakbroeders pakken ieder jaar altijd uit met uitgebreide lijsten met tips & trics en dat ga ik hier natuurlijk niet allemaal nog eens dunnetjes overdoen. Een lijstje met een paar links naar hun nijvere werk lever ik natuurlijk wel… KroeseWevers, Alfa en last but not least: de NBA (pdf). Er zijn nog veel meer lijstjes (Google it), maar blijf bedenken: het is vaak maatwerk! Ga niet onnodig doe-het-zelven!
Ik doe jaarlijks wel mijn kwartje in de collectebus door wat zaken op te sommen die dicht bij huis liggen, handige en nuttige zaken die direct voor de hand liggen.
Kijk eens rond in je kantoor e/o werkplaats: nog dingen nodig die altijd van pas komen maar waar je nu toevallig nog even niet om zit te springen? Misschien toch maar in 2023 kopen dan? Gereedschap, printertje, printerinkt, papier, postzegels, een volle benzinetank, tablet, …. ? Je hebt er altijd wat aan, ook volgend jaar.
Let wel op! Zaken die meer dan € 450 kosten (ex. btw, tenzij je van Btw bent vrijgesteld – dan incl. Btw) zijn geen kosten maar investeringen en op investeringen moeten we in minstens 5 jaar afschrijven. Die nieuwe laptop van € 600 die je dit jaar nog koopt levert je dus in 2023 een aftrekpost op van …. € 10. Ook mooi, maar dat schiet fiscaal dus niet echt op.
Voor die investeringen is er dan wel weer de KleinschaligheidsInvesteringsAftrek (KIA): een extra en eenmalige aftrekpost van 28% op de aanschafprijs (naast de gewone afschrijvingen). Aan die aftrek zitten wel twee voorwaarden: 1) het moet dus altijd gaan om zaken die tenminste € 450 per stuk kosten en 2) het totaal aan die investeringen in 2023 moet tenminste € 2.600 zijn. Zit je nu al op of over die grens van € 2.600 dan is het fiscaal voordelig zaken die je toch al wilde kopen nog dit jaar aan te schaffen. Ga je die grens niet halen: misschien is dan 2024 een fiscaal handiger jaar?
Lijfrente en/of banksparen. De premie die je in 2023 betaalt kun je aftrekken van je inkomen (winst) 2023, maar daar zijn wel de nodige rekenregels voor die rekening houden met van-alles-en-nog-wat. Is allemaal uit te rekenen, ook nu nog – als je hulp nodig hebt: laat weten. Betalen moet wel voordat 2024 begint!
Lees ook mijn eerdere artikel over dit onderwerp.
Toeslagen & vermogen
Kun je aanspraak maken op de Toeslagen van 2024 dan moet je naast je inkomen ook letten op je vermogen. Het bepalende peilmoment is je vermogen op 01-01-2024 (31-12-2023 dus eigenlijk) voor de Toeslagen van 2024 (!). Denk eraan: vermogen is meer dan alleen je bank- en spaarsaldi; meetellen doen ook (groene) beleggingen, 2e (vakantie)huizen e.d. Wat niet meetelt is vermogen in je bedrijf.
Vermogen in Box 3. Misschien kun je nog wat aan je vermogen sleutelen voor de peildatum? Groene beleggingen? Banksparen/lijfrente? Aflossen leningen, hypotheek? Openstaande rekeningen betalen? Of die belastingaanslag toch nu maar vast betalen?
Sinds alle onrust over de Box3-belasting en het verschil dat nu gemaakt wordt tussen de fiscaal belastbare rendementen op sparen (iets meer dan 0%) en beleggen (een kleine 6%): je aandeeltjes verkopen en begin 2024 weer aankopen?
Nieuwe regels zelfstandigen …. leiden alleen maar tot meer regels
Zo ’n maandje geleden schreef ik hier al over de nieuwe regels die de regering bedacht heeft om de échte zelfstandigen te scheiden van de onechte zelfstandigen schijnzelfstandigen. Mijn conclusie toen al was: dit plan gaat niet werken. En -zo blijkt- in die gedachte ben ik niet de enige: de Adviescommissie Toetsing Regeldruk (ja, die hebben we ook in NL) komt tot een soortgelijke conclusie.
Quote: “Volgens het ATR zal de wet niet bijdragen aan het verminderen van schijnzelfstandigheid. De wet zorgt niet voor meer “duidelijkheid en eenvoud voor bedrijven, werkenden en zelfstandigen bij het beoordelen van arbeidsrelaties”. Kort samengevat over die nieuwe regels dus: meer van het zelfde en dat zelfde werkt niet, dus meer van dat zelfde werkt ook niet.
Maar mag ik een voorspelling doen? Ze gaan die regels toch zo invoeren, de nieuwe regering van na 22 november. Wedden?
Ook 100% ondernemers moeten uren voor Zelfstandigenaftrek aannemelijk maken
Afgelopen week was er weer een interessante rechterlijke uitspraak, hoewel de casus zelf behoorlijk verwarrend was. In die uitspraak gaat het om één zin. De kwestie in de rechtszaak was of een ondernemer die alleen maar werkt in zijn (geldt ook voor haar) eigen bedrijf (dus geen uitkering, geen andere baan, geen andere bezigheid überhaupt) aanspraak kan maken op de Zelfstandigenaftrek zonder aan te hoeven tonen dat de voor die aftrek benodigde 1.225 werkuren gemaakt zijn.
Ja dus, vond de ondernemer. Nee dus, vond de rechter.
Zoals al opgemerkt: een nogal curieuze casus, die ondernemer; een bijzonder reislustig geval. Maar dat doet niets af aan het gegeven dat de rechter vindt dat een ondernemer die aanspraak maakt op de (meestal fiscaal best lucratieve) Zelfstandigenaftrek altijd voldoende aannemelijk moet maken die uren ook werkelijk gedraaid te hebben, ook al is het bedrijf de enige tijdsbesteding waar inkomen uit voortkomt.
Een logische conclusie van de rechter overigens, want zo staat het ook in de wet.
Ondernemers bezorgd: politiek doet het niet goed
Afgelopen week stond er een opvallend artikel in het AD met als kop ‘Bedrijven verliezen vertrouwen in politiek: ‘Ondernemers als pinautomaat gebruikt’. Zo! Dan word ik natuurlijk nieuwsgierig: een onderzoek, wat staat daar dan precies in? Dat onderzoek staat hier en daar is de kop ‘Ondernemers bezorgd over stabiliteit en betrouwbaarheid politiek’. Toch altijd bijzonder hoe media met informatie omgaan, toch? Maar goed, er is wel wat aan de hand natuurlijk: ondernemers zijn sinds Prinsjesdag (en daarvoor vast ook al) nogal pessimistisch, aldus de enquête onder 1.346 ondernemers.
Een onderzoek van VNO-NCW, dat zijn dus de grotere ondernemingen en instellingen (+250 medewerkers) en daar werkt ongeveer 55% van alle Nederlanders (met zo ’n 8,5 miljoen werknemers in totaal, dus het gaat om zo ’n 4,7 miljoen werknemers in het Midden- en Grootbedrijf = +250 medewerkers). Als ze zich daar dus zorgen maken is er wel een reden om even te luisteren, of te lezen is misschien beter hier. Belangrijkste zorg zijn -in bijna alle sectoren- de gestegen kosten, enfin: lees de enquête zelf door en zie waar de knelpunten liggen.
2e Kamer werkt nog even stevig door
Op hun laatste officiële werkdag (voordat ze gaan stemmenwerven, is ook werk natuurlijk) heeft de 2e Kamer nog een zee aan wijzigingen en moties aangenomen om de plannen van de regering voor 2024 bij te stellen. Enorme effecten gaat al dat last minute werk nou ook weer niet hebben (er is in die wijzigingen zo ’n 2 miljard aan belastingen verschoven, op zo ’n 403 miljard totale verwachte belastinginkomsten voor 2024), maar zoals vaker: the devil is in the detail.
Ik ga hier al die veranderingen (en plannen) niet opsommen, dat hebben anderen al prima gedaan, zoals deze (was-)lijst hier. Ik pak er wel een paar wetenswaardige punten voor ondernemers uit.
De Box3-belasting gaat omhoog van 33% naar 36% en de verlaging van de MKB-winstvrijstelling wordt 0,61% minder. Alcoholdrinken wordt minder duur dan gepland, roken wordt duurder dan de regering wilde.
Loop de lijst achter de link hierboven rustig door om het totaal te overzien, om te beginnen bij wat de oorspronkelijke plannen waren. Daarna kun je weer gewoon blijven ademhalen en doorrrrr…..
En ohja: de koning moet ook belasting gaan betalen.
Nieuw vanaf 2023: grotere fiscale aftrek sparen voor oudedag
Voor ondernemers was het vanaf 2023 afschaffen van de FOR toch wel een lastige kwestie. Misschien nog niet eens vanwege het verdwijnen van de FOR zelf, maar omdat het daardoor veel moeilijker wordt om precies het fiscale optimum te vinden voor het afstorten van geld naar banksparen e/o een lijfrente. In de oude situatie kon de FOR precies worden berekend en toegepast in het fiscale jaar om vervolgens een jaar later dat bedrag af te storten, dat kan dus vanaf 2023 niet meer. Daar staat dan wel weer iets tegenover: een veel ruimere fiscale aftrek voor afgestorte premies.
Ik kan de nieuwe regels hier gaan uitleggen, maar dat heeft iemand anders al gedaan, inclusief uitgebreid rekenwerk. De Belastingdienst legt het ook uit, maar dan wat korter door de bocht.
Wat zijn de verschillen tussen de oude en het nieuwe regels? Dat zijn er veel, ik noem de belangrijkste.
Als eerste: vanaf nu kunnen ook ondernemers (en ‘gewone’ mensen) die al in de AOW zitten nog tot 5 jaar na hun AOW-datum fiscaal aftrekbare premie afstorten. Tweede: als rekenbasis voor de fiscaal aftrekbare premie geldt de fiscale winst (voor ondernemersfaciliteiten zoals Zelfstandigenaftrek, KIA en MKB-winstvrijstelling).
Een (groot) nadeel is er dus ook: wil je hier iets mee doen dan moet het afgestorte bedrag IN het fiscale jaar betaald zijn en dat is natuurlijk wel een probleem: welke ondernemer weet immers tegen het einde van het jaar precies wat de fiscale winst wordt? Het risico is dus dat er of teveel (en dat is dan niet aftrekbaar) of te weinig (dat is dan niet meer te herstellen) betaald wordt.
Overigens nog twee kanttekeningen bij het verder uitstekende rekenwerk.
De belastingheffing over de uitkering(en) straks is sterk afhankelijk van de overige inkomensbestanddelen in dat jaar, wat in de tabel staat is de maximale belastingdruk en dat ook nog tegen de huidige tarieven! Ik heb in de praktijk ook veel lagere belastingdruk gezien (tot zelfs nihil).
Het wordt wel genoemd, maar niet berekend (omdat dat ook in zijn algemeenheid niet kan): het effect van aftrekbare premies op de Toeslagen en de StuFi (zowel de eigen lening als die van de studerende kinderen).
Kortom: dat wordt (laten) rekenen!
En alvast nu: als je plannen in die richting hebt en je hebt nog geen connectie met een bank of verzekeraar waardoor je al een ‘spaarrekening’ voor je oudedag hebt, begin daar nu vast mee! Als je in december nog iets wilt regelen gaat dat meestal niet meer lukken.
Plan: minder (kleine) ondernemers
Het zat al een tijdje in de pijplijn: de nieuwe ideeën plannen voor het regelen van zelfstandig ondernemerschap. Want zeker: daar is de afgelopen jaren, beter is decennia, het een en ander in veranderd en niet allemaal ten goede. Het woord ‘schijnzelfstandige’ bestaat al een tijdje en dat is ook niet voor niets, er bestaat een redelijke inflatie van het begrip ‘ondernemer’ met begin dit jaar al ruim 2,3 miljoen ondernemers (dat waren er een jaar eerder nog net geen 2,2 miljoen). Maar zijn dat allemaal echte ondernemers? Minister van Gennip heeft afgelopen week de ideeën, plannen voor de oplossing van dit ‘probleem’ openbaar gemaakt.
Deze hele discussie loopt dus al decennia. De oudjes onder ons kennen vast nog de ‘zelfstandigheidsverklaring’, die was niet goed (genoeg) dus kwam de wet DBA (vanaf 2016). Die werkte ook niet en werd dus niet gehandhaafd, sindsdien bestaat er feitelijk een wettelijk vacuüm: zoek het maar uit. Voor de duidelijkheid: de ideeën/plannen gaan niet over ondernemers die een winkel runnen, of een café, of een timmerwerkplaats. Ze gaan voornamelijk over ondernemers die diensten verlenen aan andere ondernemers of instellingen. Is een glazenwasser die iedere maand tig gebouwen van tig eigenaren langsgaat een zelfstandig ondernemer? Of een leraar die op 10 scholen en instellingen lesgeeft? Ook als die op 1 school lesgeeft? Of een verpleegster die bij tig cliënten langsgaat in opdracht van tig zorginstellingen? De maaltijdbezorger? Kern van deze hele discussie is natuurlijk dat de overheid onderscheid wil tussen ‘echte’ zelfstandigen en werknemers. Werknemers met plichten, maar vooral ook: rechten. Zelfstandigen met (wel steeds kleiner wordende) fiscale voordelen.
Basis van het nieuwe plan is de beoordeling of iemand ‘ingebed’ is bij de opdrachtgever, zo ja dan is het (meestal) een werknemer en zo niet: ondernemer. Aan dat principe zit een stevige haak omdat dan niet meer naar de ondernemer wordt gekeken, maar alleen naar die ene klus die die ondernemer doet. Dan is de leraar van die 10 scholen per school daar al snel werknemer natuurlijk. Per school, en dus bij alle 10 de scholen. Wat wil die leraar zelf is niet van belang en hoe de scholen het zien ook niet.
Kortom: dit gaat – denk ik – de oplossing ook niet worden. De organisaties van zelfstandig ondernemers zijn dan ook niet blij met deze plannen.